Sjabloonbeheerders Microsoft Word Gebruik van expressies

Gebruik van expressies

Gepubliceerd op: 3 juli, 2024
Bewerkt op: 19 december, 2024

Op verschillende plekken binnen eformity kan gebruikt worden gemaakt van expressies. Expressies bestaan uit verschillende onderdelen. In dit artikel vertellen we alles over de verschillende expressies.

A

AsText

=Variables.AsText("Naam")

Omschrijving

AsText geeft de tekst waarde terug van een variabele. Deze is absoluut.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.

AsValue

=Variables.AsValue("Naam")

Omschrijving

AsValue geeft de waarde van een bepaalde variabele. Deze is absoluut.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.

C

Choose

=Variables.Choose("Geslacht", "M;V",  "De heer;Mevrouw", "De heer, mevrouw")

Omschrijving

Opzoek van een waarde in een lijst.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.
OpzoekwaardenString Waarde waar op gezocht wordt Deze worden gescheiden door een puntkomma.
Gevonden waardenString Waarde welke terug worden gegevens als deze in de opzoekwaarde wordt gevonden. Deze worden gescheiden door een puntkomma.
StandaardwaardeString Wanneer de waarde niet wordt gevonden dan wordt deze teruggegeven.

Contains

=Variables.Contains("Test")
=Variables.Contains("Test", "as")

Omschrijving

Testen of een variabele bestaat.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.
Waarde (optioneel)String Geef de waarde die je wilt zoeken in de variabele waarde.

E

Endwith

=Variables.Endwith("Naam", "Waarde")

Omschrijving

Zorgt ervoor dat een waarde altijd eindigt op value.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.
Waarde (optioneel)String Geef de waarde waarmee je de variabele waarde wilt eindigen.

F

Format

=Variables.Format("Naam", "", "{0}", "nl-nl")

Omschrijving

Formateren van een variabele.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeef de naam op van de variabele.
StandaardwaardeString Waarde als de variabele niet gevonden wordt.
FormateringStringDe formatering van de variabele.
Taal (optioneel)StringOpmaak taal 

G

GetValue

=Variables.GetValue("Naam", "")

Omschrijving

Geeft de waarde van een bepaalde variabele. Deze is relatief.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringGeeft de waarde van een bepaalde variabele. Deze is relatief.
StandaardwaardeString Als de variabele niet wordt gevonden dan wordt deze waarde teruggegeven.

GetText

=Variables.GetText("Naam")

Omschrijving

Geeft de tekst waarde terug van een variabele. Deze is relatief.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

H

HasValue

=Variables.HasValue("Naam")

Omschrijving

Vergelijking of de variabele een waarde heeft.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
Waardes (optioneel)StringLijst met mogelijke waarde gescheiden door een komma of puntkomma.

I

IsAnyOf

=Variables.IsAnyOf("Naam", "Waarde1;Waarde2")

Omschrijving

Waarde is een waarde uit het values lijstje.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
Waardes StringLijst met mogelijke waarde gescheiden door een komma of puntkomma.

IsEqual

=Variables.IsEqual("Naam", "Motor")

Omschrijving

Vergelijking of de variabele gelijk is aan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeStringWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsGreater

=Variables.IsGreater("Naam", 5)

Omschrijving

Vergelijking of de variabele groter is dan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeIntegerWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsGreaterOrEqual

=Variables.IsGreaterOrEqual("Naam", 5)

Omschrijving

Vergelijking of de variabele groter of gelijk is dan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeIntegerWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsLess

=Variables.IsLess("Getal", 5)

Omschrijving

Vergelijking of de variabele kleiner is dan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeIntegerWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsLessOrEqual

=Variables.IsLessOrEqual("Naam", 5)

Omschrijving

Vergelijking of de variabele gelijk is of kleiner dan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeIntegerWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsNotEqual

=Variables.IsNotEqual("Naam", "Motor")

Omschrijving

Vergelijking of de variabele ongelijk is aan de waarde.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardeStringWaarde waarmee je de variabele wilt vergelijken.

IsNullOrEmpty

=Variables.IsNullOrEmpty("Naam")

Omschrijving

Vergelijking of de variabele lege string is.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

IsValueOf

=Variables.IsValueOf("Naam", "Waarde1")
=Variables.IsValueOf ("Naam", "Waarde1;Waarde2")	

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
WaardesStringLijst met mogelijke waarde gescheiden door een komma of puntkomma.

J

Join

=Variables.Join("Voornaam;Tussenvoegsel;Achternaam", ", ")

Omschrijving

Samenvoegen van waarden doormiddel van een scheidingsteken (lege waarde worden automatisch overgeslagen).

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NamesStringNaam van de variabelen gescheiden door een puntkomma (;).
ScheidingstekenStringLijst met mogelijke waarde gescheiden door een komma of puntkomma.
Eindscheidingsteken (optioneel)StringScheidingsteken voor de laatste waarde.

JoinSelection

=Variables.JoinSelection("Vinkje1;Vinkje2;Vinkje3", "Waarde1;Waarde2;Waarde3", ", ")

Omschrijving

Samenvoegen van waarden vanuit een ja\nee waarde doormiddel van een scheidingsteken (lege waarde worden automatisch overgeslagen).

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NamesStringNaam van de variabelen gescheiden door een puntkomma (;).
WaardenStringWaarden gescheiden door een puntkomma (;).
ScheidingstekenStringScheidingsteken voor het samenvoegen van de waarde.
Eindscheidingsteken (optioneel)StringScheidingsteken voor de laatste waarde.

L

Left

=Variables.Left("Naam", 5)

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
LengteIntegerLengte.

Length

=Variables.Length("Naam")

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

P

PadLeft

=Variables.PadLeft("Naam", 10)

Omschrijving

De tekst wordt opgevuld tot het aantal opgegeven karakters vanaf de linkerkant.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
AantalIntegerAantal getallen.

PadRight

=Variables.PadRight("Naam", 10)

Omschrijving

De tekst wordt opgevuld tot het aantal opgegeven karakters vanaf de rechterkant.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
AantalIntegerAantal getallen.

R

Replace

=Variables.Replace("Bedrijfsnaam", "Eformity", "eformity")

Omschrijving

Zoeken en vervangen van een tekst in een variabele.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
Zoek opStringTekst waarna gezocht moet worden.
Vervangen doorStringDe gevonden tekst wordt hiermee vervangen.

Right

=Variables.Right("Naam", 5)

Omschrijving

De gevonden tekst wordt hiermee vervangen

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
LengteIntegerLengte.

Round

=Variables.Round("Naam", 2)

Omschrijving

De functie Round rondt een variabele af op het opgegeven aantal decimalen.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringDe naam van de variabele die moet worden afgerond.
Aantal decimalenIntegerHet aantal decimalen waarop de variabele moet worden afgerond.

S

StartsWith

=Variables.StartsWith("Naam", "Waarde")

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
ValueStringWaarde.

Substring

=Variables.Substring("Naam", 0, 5)

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.
IndexIntegerBegin.
LengteIntegerLengte.

T

ToBase64

=Variables.ToBase64("Naam")

Omschrijving

-

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

ToLower

=Variables.ToLower("Naam")

Omschrijving

Variabele wordt omgezet naar kleine letters.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

ToUpper

=Variables.ToUpper("Naam")

Omschrijving

Variabele wordt omgezet naar hoofdletters.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

Trim

=Variables.Trim("Naam")

Omschrijving

Spaties worden weggehaald.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

TrimEnd

=Variables.TrimEnd("Naam")

Omschrijving

Alleen de spaties aan het einde worden weggehaald.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.

TrimStart

=Variables.TrimStart("Naam")

Omschrijving

Alleen de spaties aan het begin worden weggehaald.

Parameters

NaamTypeOmschrijving
NaamStringNaam van de variabele.